Coronavirus en lage weerstand
Sinds begin maart houdt het coronavirus ons dagelijks bezig. Hierdoor ben ik mij er extra van bewust dat ik nierpatiënt (getransplanteerd) ben. Mijn dagelijkse medicatie zorgt ervoor dat mijn weerstand laag blijft zodat er voorkomen wordt dat mijn donornier wordt afgestoten.
Leven met een donornier
Op 17 oktober 2017 doneerde een heel lieve vriendin een nier aan mij. Ik begon toen aan een nieuw leven en kan nu weer veel meer. Wel moest ik enorm wennen aan een andere levensstijl: twee keer daags om stipt 9 uur de inname van mijn medicatie, opletten met eten (goed verhit en geen rauwe producten) en voldoende water drinken. Voordat ik naar buiten ga in de periode vanaf maart smeer ik mij goed in met factor 50 zonnebrandcrème omdat ik een verhoogd risico op huidkanker heb.
Zoveel mogelijk thuis
Nog voordat de eerste maatregelen door het kabinet werden afgekondigd, had ik zelf al besloten om niet af te reizen naar de Wandelbeurs in Utrecht. Voor de nieuwsbrief van maart zou ik hierover een artikel schrijven. Er veranderde veel waardoor de maart-nieuwsbrief ook een andere, meer passende, inhoud kreeg dan oorspronkelijk gepland.
Vanaf dat moment bleef ik thuis en kwam er niemand op bezoek; uit angst op besmetting en ook omdat er heel weinig bekend is wat voor impact het virus heeft op transplantatiepatiënten, mede vanwege het slikken van medicijnen om het afweersysteem te verlagen ter voorkoming van afstoting.
Een vrijwilliger van het Rode Kruis (topper!) doet voor mij de boodschappen. De apotheker bezorgt mijn medicijnen aan huis, een vriend doet ook af en toe boodschappen of haalt verf bij de bouwmarkt zodat ik thuis kan klussen.
Toch merk ik dat zo’n lange tijd thuis impact op mij heeft. Aan de andere kant mag ik niet klagen wanneer ik kijk naar de senioren die in een verzorgingshuis wonen. Ik kan nog naar buiten voor een wandeling of een fietsrondje.